In de Franse Tijd werd de rechterlijke organisatie ingrijpend gewijzigd. De rechtspraak is sinds 1796/1811 een zaak van de centrale overheid. Er kwam een verdeling in kantons en arrondissementen, aanvankelijk nog heel fijnmazig, maar later steeds verder samengevoegd. Tot en met 1876 was er nog een provinciaal gerechtshof. De archieven van deze instellingen, de ‘nieuw rechterlijke archieven’, zijn in beheer bij het Zeeuws Archief.
Bij de rechterlijke organisatie na 1796/1811 wordt een onderscheid gemaakt naar de periode tot 1 oktober 1838 en die erna. In de eerste periode volgt de organisatie nog geheel de Franse indeling, daarna worden de eerste Nederlandse wetboeken van kracht en komen ook al de eerste samenvoegingen tot stand.
Periode 1796/1811-1838
Zodra een regio in Zeeland onder Franse bestuur kwam, werden de plaatselijke keuren en ordonnanties buiten gebruik gesteld en vervangen door uniforme, voor iedereen geldende wetten. De provincie werd verdeeld in kantons en arrondissementen, een indeling die ook voor andere overheidsdiensten werd gebruikt. Het rechtsgebied van een kanton werd gevormd door een aantal gemeenten, een aantal kantons vormde samen een arrondissement. In ieder kanton kwam een vredegerecht voor eenvoudige zaken, in ieder arrondissement een rechtbank van eerste aanleg voor ‘zwaarwegender zaken’. In Middelburg was er een aparte Rechtbank van Koophandel voor handelszaken. Het hoogste gerecht was het Hof van Assisen in Middelburg.
- Hof van Assisen
- Rechtbanken van eerste aanleg
- Vredegerechten
Rechterlijke instellingen 1796/1811-1838
Bekijk de rubriek ‘Rechterlijke instellingen 1796/1811-1838’ in het Archievenoverzicht van het Zeeuws Archief
www.archieven.nlPeriode 1838-heden
Met ingang van 1 oktober 1838 werd een aantal Franse wetboeken vervangen door nieuwe, eigen wetboeken, waaronder de wet op de rechterlijke organisatie. De indeling in kantons en arrondissementen bleef in stand, waarbij enkele kantons werden samengevoegd. De vredegerechten werden vervangen door kantongerechten en de rechtbanken van eerste aanleg door arrondissementsrechtbanken. Naast de naamsveranderingen betekende dat ook een wijziging in bevoegdheden. Handelszaken werden voortaan door de rechtbanken gedaan. Het Hof van Assisen werd vervangen door het Provinciaal Gerechtshof van Zeeland.
- Provinciaal Gerechtshof
- Arrondissementsrechtbanken
- Kantongerechten
Rechterlijke instellingen 1796/1811-1838
Bekijk de rubriek ‘Rechterlijke instellingen 1796/1811-1838’ in het Archievenoverzicht van het Zeeuws Archief
www.archieven.nlOnderzoek doen
Nieuw rechterlijke archieven zijn in het algemeen seriematige archieven bestaande uit chronologisch geordende gelijksoortige stukken. Voorbeelden zijn series vonnissen, processen verbaal van terechtzittingen, processtukken, beschikkingen op rekesten en akten van buitengerechtelijke zaken.
De meeste series in de nieuw-rechterlijke archieven zijn niet op persoonsnaam toegankelijk. Incidenteel is één van de toegangen, zoals de rol, het rekestregister of het repertorium, voorzien van een index op persoonsnaam. De – niet altijd aanwezige – rolboeken zijn de belangrijkste toegang. Hierin vindt u onder meer het rolnummer, de datum van de dagvaarding, en de namen van de partijen. Zowel in de processen verbaal van de zittingen als in de vonnissen wordt steeds het rolnummer vermeld.
Provinciaal Gerechtshof van Zeeland
Het Provinciaal Gerechtshof van Zeeland verdient enige extra aandacht. Het hof bestond van van 1 oktober 1838 tot 1 januari 1876. Na de opheffing moesten de Zeeuwen voor de behandeling van zwaardere zaken en voor hoger beroepsprocedures naar het Gerechtshof te ’s-Gravenhage. De archieven van beide instellingen gingen in 1945 bij een Engels bombardement op het Haagse Bezuidenhout geheel verloren.
Het verlies van deze archieven vormt voor Zeeland vooral voor de periode 1838-1886 een ernstig manco. De zwaarste categorie strafbare feiten, de misdrijven of ‘crimes’, werden toen namelijk in eerste aanleg door deze gerechtshoven behandeld. De tot 1886 nog in gebruik zijnde Code Pénal rangschikte in deze categorie ook vele – in moderne ogen – ‘lichte’ strafbare feiten. Zo werd een diefstal met een lichte ‘verzwarende omstandigheid’ (een zogenaamde ‘gekwalificeerde diefstal’) als ‘misdrijf’ geclassificeerd. Dit betekent dat veel delicten tot 1 september 1886 behandeld werden door één van deze gerechtshoven. Toen met ingang van 1 september 1886 de Code Pénal werd vervangen door het Wetboek van Strafrecht kwamen de misdrijven in eerste aanleg voor de arrondissementsrechtbanken en zijn de strafzaken in alle delicten weer in de Zeeuwse rechterlijke archieven terug te vinden.
Achtergronden over het Provinciaal Gerechtshof
Meer achtergronden over dit gerechtshof en het archief zijn te vinden in de inleiding van de inventaris van het archief van de Procureur-Generaal bij dit hof (toegang 716)
www.archieven.nlHet verlies van de archieven kan soms enigszins worden gecompenseerd door verslagen van terechtzittingen in kranten, te vinden via de online Krantenbank Zeeland en Delpher.
Beperking openbaarheid
Niet alle archiefstukken mogen zonder meer geraadpleegd worden. Om de privacy van nog levende personen te kunnen garanderen geldt voor stukken jonger dan 75 jaar een beperkte raadpleging. De beperking van de openbaarheid kan door de directeur van het Zeeuws Archief worden opgeheven op schriftelijk verzoek van de aanvrager, indien deze aan een aantal voorwaarden voldoet.
Hoger beroep en cassatie
Wanneer een rechter een vonnis had geveld dat niet in overeenstemming was met de wet, kon dat door de Hoge Raad der Nederlanden, ook wel Hooggerechtshof genoemd, worden vernietigd. Tot 1814 kon men in cassatie gaan bij het Hof van Cassatie of Verbrekingshof (Cour de Cassation) te Parijs.