In 2013 is het 525 jaar geleden dat met de uitvaardiging door Maximiliaan van Oostenrijk van de ‘Ordonnantie op de Admiraliteit’ op 8 januari 1488 een permanente marine-organisatie voor alle Nederlanden werd gesticht. De admiraliteit zetelde in Veere.
Veere mag zich erop beroemen dat vanuit deze stad de nieuwe Admiraliteit der Nederlanden werd geleid door de admiraal. Deze was sinds 1488 formeel plaatsvervanger van de vorst op maritiem gebied. Hij zou worden bijgestaan door een Raad ter Admiraliteit.
Heren van Veere
Veere was in die dagen een belangrijke vlootbasis en strategisch gelegen in het economische centrum. Vanaf hun kasteel Zandenburg regeerden de heren van Veere over hun steeds meer welvarend wordende steden Veere en Vlissingen en het grootste deel van het eiland Walcheren, waaronder de steden Domburg en Westkapelle.
Vanuit de Veerse haven vertrokken handels- en vissersvloten naar alle windstreken. In oorlogstijd waren deze schepen een makkelijke prooi voor de vijand en oorlogsgevaar dreigde voortdurend. Deze civiele scheepvaart eiste extra militaire bescherming, door konvooiering of door oorlogsacties van bewapende oorlogsschepen.
Varende kasteeltorentjes
Voor het jaar 1488 werden oorlogsvloten georganiseerd voor een enkele actie en diverse autoriteiten rusten oorlogsvloten uit om verschillende belangen te behartigen. De schepen stelden niet veel voor en kunnen nog het best vergeleken worden met varende kasteeltorentjes.
Een zeegevecht bestond uit rammen, enteren en het in brand steken van de tegenstander en het aangaan van man-tot-man-gevecht. Een beruchte kaper die rond 1470 de Noordzee onveilig maakte was Richard graaf van Warwijck. Dankzij de door de heer van Veere uitgeruste oorlogsvloot kon deze zeerover het zwijgen worden opgelegd.
‘Monsieur de la Veere’
De Bourgondische hertogen waren de hoogste autoriteit. In hun streven naar een centrale overheid (die zou worden geleid vanuit Brussel) konden zij steunen op de heren van Veere. De heren van Veere zagen al vroeg het belang in van een organisatie op dit gebied.
Hier moet Hendrik van Borsele genoemd worden. De tijdgenoten spraken over ‘Monsieur de la Vere’ of de ‘Prins van dit Eiland’. Zijn vele bezittingen in en buiten Zeeland en zijn deelname aan de handelsvaart verschaften hem kundigheid, kapitaal en aanzien om energiek oorlogsvloten uit te rusten en te leiden. In 1426 commandeerde hij als admiraal de Bourgondische oorlogsvloot in de slag bij Brouwershaven tegen hulptroepen van de gravin van Holland.
Van rechtspraak tot onderhoud van vuurbakens
Met de ordonnantie van 8 januari 1488 kwam een eind aan het ad hoc karakter van de oorlogsvoering ter zee. De 24 artikelen variëren van vastleggen van het maritiem oppergezag, de maritieme rechtspraak, het gevangen nemen van zeerovers, afgeven van paspoorten, het voeren van oorlogsvlaggen en banieren en onderhouden van vuurbakens in oorlogstijd. Dit alles werd officieel vanuit Veere geregeld.
De Veerse admiralen kregen hiermee ook de exclusieve rechtsmacht in zeezaken en werden daarin bijgestaan door een Admiraliteitsraad. De leden van de Admiraliteit werden door de admiraal benoemd. Sommigen combineerden hun lidmaatschap met de functie van schepen in het Veerse stadsbestuur.
Stadhuis maritiem erfgoed
De baljuw van Veere trad op als stadhouder van de admiraal en zat de admiraliteitsraad voor bij diens afwezigheid. van Veere. Veelal werden de rechtszaken gehouden in het stadhuis van Veere en werden gevangengenomen zeerovers voor hun berechting opgesloten in de nog steeds aanwezige cel in de kelder. Het stadhuis behoort dus ook tot het maritieme erfgoed.
Veere bakermat
Tot de dood van de admiraal Maximiliaan van Bourgondië, de eerste markies van Veere in 1558, herbergde Veere de Nederlandse oorlogsvloot. Gesteld kan worden dat in Veere de grondslag werd gelegd voor een steeds professioneler wordende maritieme organisatie en hiermee de bakermat van de Nederlandse zeemacht kan worden genoemd.
Bronnen
Bronnen in het Zeeuws Archief over de het ontstaan van de admiraliteit kunnen gevonden worden in:
- Archief van de Rekenkamer van Zeeland, onder meer een vroeg afschrift van de Ordonnantie op de Admiraliteit van 8 januari 1488: ‘de geboorteakte van de Koninklijke Marine’
- Archief van de admiraliteit van Veere