Scan: 
resultaat: 
GIDS102Gids Staten van Zeeland en Suriname, 1667-1684 (1692)
2-2035.2Volgnrs 253-510, 1675 mrt 25-1683
Bestandnaam:
NL-MdbZA_2_2035.2_381-01.jp2
Datering:
1675 mrt 25-1683
Vorm:
1 pak
NB:
De stukken zijn voorzien van een rondstempel met volgnummer. Deze nummering is circa 1970 aangebracht en is sindsdien veel gebruikt bij verwijzingen. De nummering keert ook terug in het laatste deel van de bestandsnaam van de scans.
Specificatie:
Het bij de scans getoonde nummer betreft een automatisch gegenereerd nummer en heeft geen relatie met het volgnummer op het stuk. Een globale herleiding: scannr 1 = volgnr 253 | scannr 100 = volgnr 290 | scannr 200 = volgnr 330 | scannr 300 = volgnr 376 | scannr 400 = volgnr 421 | scannr 500 = volgnr 462 | scannr 579 = volgnr 506.
Volgnummer:
308 van 591
Duurzaam webadres
Download
Hieronder kunt u het bestand downloaden: Download
Transcriptie

[Volgnr 381, folio 1:]

Mijn heer

Uwe Excellenties missive gezonden in Nevis december 1679
is ons op 7 januarij 1680 door den schipper van de Deptford
ketch
wel ter hant gestelt, waerbij uwe Excellentie ver-
souct dat aen de subjecten van Sijne Majesteit mochte
verlof gegeven worden om met hare goederen ende
familiën van hieraf te gaen, ingevolge van de vrede tot
Breda geslooten ende het laetste tractaet daerop
gevolcht.
Hierop sal dienen voor antwoorde dat volgens het
vijfde articul van ’t laeste tractaet aen diegene
soo wegens Sijne Majesteit herwaerts gesonden worden
brieven ende instructiën van d’Heeren Staten Generael
aen haren gouverneur sullen medegegeven worden,
waerop de schepen sullen geadmitteert en d’En-
gelse afgevoert werden.
Soo hebben wij twee van onse officieren gecom-
mitteert ende gesonden aen capitein James Aire om te
vernemen of hij van soodanige brieven ende instructiën
is versien die ons gerapporteert hebben van neen en
dat gemelten capitein verklaert heeft niet anders
te hebben als d’ordres van uwe Excellentie weshalven wij
ons niet bevoucht vinden eenige Engelse planters
te laten vertrecken sonder alvorens soodanige brieven
ende instructiën te sien als sijnde ’tselve voor onse
heeren en meesters onverantwoordelijck. Willen derhalven
niet twijfelen of uwe Excellentie sult hier in satisfac-
tie nemen, ende ons verexcuseert houden, sullende
verders aen alle die van d’Engelse natie onder ons
gouverno sijnde alle gedienstigheijt bewijsen gelijck
deselve in alle manieren soowel getracteert worden
als die van onse natie ende soo wij uwe Excellentie er-
gens anders mede connen dienst doen sullen ’tselve
geern betrachten ende verblijven

Surinamburgh den 9 januarij 1680

Gebruik CTRL + scroll om te scrollen