Om de paar maanden vervangen we de foto’s die de hal en de studiezalen sieren. Deze keer hebben we gekozen voor het thema ‘Kermissen en markten’. De zomermaanden waren en zijn bij uitstek de periode voor deze vorm van volksvermaak.
Er zijn prachtige foto’s ! Wat dacht u van deze: kermis op het Havenplein in Zierikzee aan het begin van de 20e eeuw.
Oorsprong
Over de oorsprong van de kermis bestaat een aantal ideeën. Sommigen zien de kermis ontstaan in de Romeinse tijd, uit een soort jaarmarkt (‘Forum’) die de hier wonende stammen mochten houden. Zo’n jaarmarkt trok ambulante handelaren en ook standwerkers en straatartiesten aan. Denk aan het Franse ‘Foire of het Engelse ‘Fair’ voor kermis.
Anderen zien kermissen voortkomen uit de herinneringsdagen van de inwijding van kerken. Zo’n dag bestond uit een speciale mis, een optocht of processie en feestelijkheden rondom de kerk. De kerkmis werd een kerkelijk én wereldlijk feest, totdat de band tussen kerk en feest steeds losser werd.
De oudste kermissen in Nederland zijn gehouden in Wijk bij Duurstede en vermoedelijk enige tijd later in Utrecht. De eerste vermelding van een kermis aldaar dateert van 26 juni 1023, de dag dat de Sint Maartenskerk werd gewijd.
Zedeloosheid
Hoe de kermis ook ontstaan is, de zorgen over drankmisbruik en vleselijk vermaak waren door de eeuwen heen groot. Lucas Rotgans beschreef in 1708 in een gedicht ‘Boerekermis’ kritisch wat men zoal kon tegenkomen. Jan van Geuns, die in 1847 de vervanging van de kermis bepleitte door gereguleerde en onder ethisch toezicht staande Volksfeesten, schreef na lezing van dit gedicht: ‘Walging, afschuw en medelijden met de ongelukkige en verdwaalde slagtoffers dier zedelooze uitspanningen; ziedaar, alleen de treurige indrukken, welke ons na het lezen overblijven. (..) De Kermissen in het bijzonder, de Volksvreugde in het algemeen, zijn in de laatste eeuw niet alleen niet blijven stilstaan, maar zij hebben, in verband met beschaving, eene schrede achterwaarts gedaan.” Er is door de tijden heen door de gegoede burgerij, predikanten en kerkenraden tegen de kermis geprotesteerd en in een aantal gevallen werd die ook beperkt of afgeschaft. In Amsterdam leidde dit tot het bekende Kermisoproer, maar ook in andere steden braken kermisoproeren en protesten uit.
Attracties
In de periode 1850-1950 werd op de meeste plaatsen op het eiland jaarlijks kermis gehouden. Het seizoen begon met Pinksteren met de ‘Schoddebossemart’ in Schuddebeurs en eindigde met de ‘Brêêjemart’ eind september in Elkerzee/Ellemeet/Scharendijke.
De eerste kermisinrichtingen bestonden uit reizende menagerieën, kijkwerken en exotische dieren, waaronder artiestenshows van muzikanten, dierentemmers en de magische slangenbezweerders.
Zoals blijkt uit de Zierikzeesche Courant van 3 september 1822 kwamen dat jaar twee “wonderen der natuur” naar Zierikzee:
Het Pinksterfeest in Schuddebeurs in 1888 bood de bezoekers muziek, een carrousel, diverse kramen, feestelijke verlichting en vuurwerk.
De kermis bestond niet alleen uit attracties op het kermisterrein. Er werd van alles omheen georganiseerd. Wat dacht u hier van:
Dat was in Zierikzee in 1886. Zo doen ze dat tegenwoordig niet meer…..
Technologische ontwikkeling
Aan de basis van de eerste mechanische attracties heeft de draaimolen gestaan. Op dat principe berusten de meest moderne attracties van nu. Zoals de – wat mij betreft misselijkmakende – ‘Disco Twister’ op de Markt in Brouwershaven (1988).
Door komst van stoom en stroom veranderde heel veel. De cake walk, de achtbaan, in 1927 de eerste autoscooter, schiettent, stoomcarrousel, theater en zweefmolen, het kwam er allemaal bij.
Dit vind ik ook een prachtige plaat: plezier in de botsautootjes (‘autoscooter’) van D. Sipkema op de kermis in Zierikzee (1959).
En de ontwikkeling gaat maar door: sneller, hoger, grootser en spectaculairder…