Nederland viert dit jaar op bescheiden wijze Koningsdag en niet zoals we gewend zijn met een uitbundig Oranjefeest. Dat is het gevolg van de landelijke maatregelen tegen de verspreiding van het coronavirus. Gelukkig heeft het Zeeuws Archief de foto’s nog uit andere tijden. Kijk je mee?
Voor het eerst sinds lange tijd beleven we in 2020 een Koningsdag zonder festivals, kleedjesmarkten, aubades, wielerrondes en al die andere activiteiten die nu zo typisch zijn voor het vieren van de verjaardag van koning Willem-Alexander. Maar hoe werd dé koninklijke verjaardag vroeger gevierd? Wat was er toen kenmerkend aan de feestvreugde?
Allereerst: de traditie
De traditie van het vieren van Konings- of Koninginnedag stamt uit de 19e eeuw. De troonsbestijging van koningin Wilhelmina in 1898 was de start van de jaarlijkse viering van Koninginnedag, op 31 augustus. Koningin Juliana, jarig op 30 april, volgde haar in 1948 op. Koningin Beatrix koos er bij de troonsopvolging in 1980 voor om die datum te handhaven. Sinds de opvolging door koning Willem-Alexander wordt Koningsdag op zijn verjaardag, 27 april, gevierd.
Optochten
Vanaf de eerste koninginnedag in 1898 waren historische optochten een ‘must’. De praalwagens waren een serieuze aangelegenheid en werden consciëntieus opgetuigd door officiële verenigingen, bedrijven en instellingen. Middelburg hield in 1898 een grote, historische optocht en in 1938, bij het 40-jarig regeringsjubileum van koningin Wilhelmina, stond deze nog altijd prominent op het programma.
De ambities van de Middelburgse organisatoren in 1938 waren torenhoog. Zo moest de optocht onder de titel ‘Ons land in den loop der eeuwen’ een beeld geven van “het kostuum, dat in den loop er eeuwen gedragen werd, verbonden met eenige meer of minder gewichtige uitvindingen waarop wij als Nederlanders trots kunnen zijn. […] De optocht geeft derhalve een kort overzicht van 100 jaar vóór Christus tot en met de 20e eeuw”.
Voor kinderen was er ook plaats in de optochten, al was het voor hen zo te zien niet altijd een genoegen. In Middelburg in 1938 kwamen de kinderen pas aan het einde van de optocht aan bod. Zij verbeeldden dan ook geen historische gebeurtenis maar een ‘veldbouquet’ of ‘Gulliver in dwergenland’.
Ruimte voor particuliere inbreng kwam er ook, aanvankelijk vooral in wedstrijdvorm zoals het versieren van rijwielen. Tegen het einde van de eeuw was er een einde gekomen aan de populariteit van optochten.
Kinderspelen
Nu sporten kinderen tijdens de Koningsspelen, vroeger werden vooral oer-Hollandse spelletjes gedaan.
Versieringen
Tegenwoordig versieren mensen ook zichzelf, met oranje kleding. Vroeger werd veel werk gemaakt van groenversieringen, van straten, pleinen en huizen. Met versieringen waren ook prijzen te behalen, voor de mooiste fiets of bootje – in het geval van de inundatie in 1945.
Kleedjesmarkten
De kleedjes-, rommel- of vrijmarkten zijn een relatief modern verschijnsel en deden hun intrede in jaren zeventig en tachtig van de 20e eeuw.