Domburgse badvrouw herkend op affiche
Co Geldof uit Middelburg herkende plotseling zijn moeder op het affiche van de nieuwe fototentoonstelling in Stadhuismuseum De Vierschaar in Veere. De foto tevens is de vroegst bekende kleurenfoto.
Co Geldof uit Middelburg herkende plotseling zijn moeder op het affiche van de nieuwe fototentoonstelling in Stadhuismuseum De Vierschaar in Veere. De foto tevens is de vroegst bekende kleurenfoto.
De Middelburgse Commercie Compagnie (MCC) verhandelde ruim 31.000 tot slaaf gemaakte Afrikanen. Sinds mei 2011 prijkt het archief van de MCC op de UNESCO-werelderfgoedlijst voor documentaire werken.
Schouwen blijkt meer nederzettingen te hebben geteld dan tot nu toe werd aangenomen. Bij onderzoek werden onbekende Schouwse nederzettingen als ‘Noirtdorp’ en ‘Vannekinsdorp’ aangetroffen.
Over de spannende, jongste jaren van de provincie Zeeland is 16 maart 2012 de bronnenpublicatie 'Resolutiën van de Gecommitteerde Raden ter Admiraliteit in Zeeland, 1584-1609’ verschenen.
“De zwarte stem is zelden in archieven aanwezig. Historici doen er een moord voor.” Aan het woord is Prof. Dr. Gert Oostindie, hoogleraar Caraïbische geschiedenis en directeur van het KITLV in Leiden.
“De zwarte stem is zelden in archieven aanwezig”, stelt prof.dr Gert Oostindie, sprekende over het debat over de Nederlandse betrokkenheid bij de geschiedenis van de slavenhandel en slavernij.
Gegevens uit de archieven en collecties van het Zeeuws Archief zijn sinds september 2011 verzameld in één database.
Eén van de sprekers op het gratis symposium 'Lang leve de burgerlijke stand!’ is Suzanna Jansen. De auteur van de bestseller 'Het Pauperparadijs’ verteld over haar zoektocht door de archieven.
Het archief van de Middelburgse Commercie Compagnie is opgenomen in ‘het Geheugen van de Wereld-register’, de werelderfgoedlijst Memory of the World van UNESCO.
De restauratie van het zeventiende-eeuwse schilderij ‘Schepen op de rede van Veere, 1651’ is voltooid. Het doek werd in de raadzaal van het gemeentehuis van Veere onthuld door drs. René Molenaar.